Een uitgebreide reportage kan je vinden op Noord010inbeeld. Wil van Vugt is ongetwijfeld de buurtmoeder van het Rottekwartier. Al drie generaties lang brengt ze... Buurtmoeder Rottekwartier krijgt lintje

Een uitgebreide reportage kan je vinden op Noord010inbeeld.

Wil van Vugt is ongetwijfeld de buurtmoeder van het Rottekwartier. Al drie generaties lang brengt ze oud en jong bij elkaar. Ze organiseert evenementen op het binnenterrein en tal van culturele activiteiten in het buurthuisje Noordplein 12, de Villa genaamd.

Ze is een positivo, altijd constructief. Ze werkt samen met iedereen, geeft ruimte aan de artiesten van de festivals en betekent veel voor Havensteder in het kader van de bewonersparticipatie. Hamid Achatbi is haar broodnodige rechterhand. Naast zijn bijdrage aan de organisatie doet hij ook aan individuele hulpverlening.

Trui, die de senioren bingo draait en werkt aan de creativiteit van de ouderen, nam het initiatief tot de aanvraag van een lintje. Hier is heel wat schrijfwerk voor nodig, en de noodzakelijke getuigenissen. Ed heeft hierbij geholpen.

Havensteder zorgde voor een brief, steun kwam van Opzoomer Mee, de wijkraad, Prasino, Rottetalent en vooral professor Kees Fortuin die het boekje ‘Het geheim van het Rottekwartier’ schreef, waarin hij het inclusieve werk van Wil en de vrijwilligers beschreef.

Hoe hebben ze Wil naar het Stadhuis gekregen? Met een mooie smoes van dochter Esther, die op het stadhuis werkt. De burgemeester zou een afscheidsdiner geven voor zijn personeel en iedereen mocht een gast meenemen. Op het stadhuis aangekomen vond Wil dat het wel heel groots was aangepakt; toen zag ze de lintjesregen.

Het haar opspelden van de medaille ‘Ridder in de Orde van Oranje-Nassau’ werd met aandacht gevolgd op Noordplein 12. De burgemeester prees de onbaatzuchtige inzet van Wil.

Ze brengt oud en jong samen, haar werk samen met Havensteder maakt van Noordplein 12 een zoete inval. De benaming buurtmoeder is helemaal goed. De familie moest even wachten op de foto van alle geridderden op de stadhuistrap.

En daar gingen ze te voet naar Noord, Wils man in zijn kleurrijke Indonesische hemd. Bij aankomst was het ‘surprise’ en ‘lang zal ze leven’. Wil liep door een triomfboog die Trui had geknutseld. Havensteder had gezorgd voor een lekker soepje, stokbrood, goed gekruide salade en rijst met noten. Dat was nog maar het begin van de verrassing.

Een heuse brassband verscheen, over het Noordplein werd een erehaag gevormd naar Postiljon. Daar wachtte een enorme bups bewoners en bekenden Wil op.

De brassband speelde de sterren van de hemel, Wil en buurtbewoners dansten erop los, Miranda speelde fluit. Gelukkig was er een zonnetje, de Postiljon zou te klein geweest zijn. Als tweede verrassing verscheen Jeffrey, gewezen buurjongen en Wils lievelingszanger.

Jeffrey begon met ‘Lieve Wil’ en zong een uitgebreid repertoire: ‘Want ik weet nu dat er een engelbewaarder bestaat!’ Jeffrey’s installatie stond buiten, zijn optreden maakte er een echt volksfeest van. William van Havensteder had veel werk gestoken in het vormgeven van echte waardering. Met het organiserend comité had hij de uitnodigingen verzorgd, de maaltijd en de receptie. Met dank aan de woningbouwvereniging.

Bewoners bleven nog lang hangen op het plein en er waren levendige gesprekken met wijkraad, Opzoomer Mee en tal van genodigden. Toen Jeffrey afsloot vond iedereen het moeilijk om naar huis te gaan. Leve Wil!